Wanneer vertel ik mijn kind over de donor?
Vanaf welke leeftijd kan ik dit doen?
Welke woorden kan ik gebruiken als ik met mijn kind over de donor praat?
Waarom deze prentenboeken?
Anne Schrijvers en Marja Visser begeleiden al jarenlang mensen die met hulp van een donor proberen zwanger te worden, of een kind hebben gekregen. Hoe vrijer jij je als ouder voelt om met je kind over de donor te praten, des te gewoner het wordt voor je kind. Wij hebben voorleesboekjes gemaakt voor kinderen die zijn geboren in:
- Vader-moeder gezinnen
- Twee-moeder gezinnen
- Solomoeder gezinnen
Daarnaast hebben we ook boekjes voor kinderen die na eiceldonatie zijn geboren in een vader-moeder gezin. Deze prentenboekjes kunnen ouders ondersteuning bieden om de donor binnen hun gezin te introduceren en om hier met hun kind over te blijven praten.
Voor wie?
Vanuit de praktijk en uit onderzoek weten wij dat het al voor heel jonge kinderen belangrijk is om over de donor te horen. Het verhaal over zaadjes en eitjes hoeft pas wat later verteld te worden. Daarom hebben wij per gezinstype twee aparte voorleesboekjes gemaakt. Een boekje voor kinderen tot en met 3 jaar en een boekje voor iets grotere kinderen, waarin het ook gaat over de zaadjes, eitjes en de hulp van de dokter. De prentenboekjes zijn vooral bedoeld voor ouders van kinderen die geboren zijn met behulp van een donor van een spermabank. Je kan ze ook gebruiken als je een bekende donor hebt of een niet-identificeerbare donor (boekjes van 0-3). Mocht je vragen hebben hierover, neem dan contact met ons op via het contactformulier.